Het grootste werk van de Nederlandse letteren, en een van de weinige op wereldniveau, is Max Havelaar. Eduard Douwes Dekker a.k.a. Multatuli schreef het in minder dan een maand tijd, in een Brussels tweederangshotelletje. Jacob van Lennep deed de eindredactie. Iedereen die er de eerste zin van gelezen heeft weet waar Batavus Droogstoppel woont. Als goede makelaar herinnert hij trouwens te pas en ten onpas aan zijn adres, en aan het einde van het eerste hoofdstuk schuift hij de lezer zelfs een heus naamkaartje toe:
De Lauriergracht was inderdaad een straat van koffiemakelaars, maar nr 37 bestond niet in de tijd van Multatuli: tussen de nummers 35 en 39 lag een steegje. Pas sinds het begin van de twintigste eeuw staat er ook een huis op die plaats. Ik ben er, als goede Multatulibewonderaar, twee keer langs geweest. In november 1977 trof ik er tot mijn ontzetting een katholiek meisjespensionaat aan, zonder enige literaire verwijzing. In mei 2006 was dat gelukkig veranderd, en waren er op dat huisnummer een tiental appartementen te vinden. In maagdelijke toestand zou het er daar, 'aan de Amsterdamse grachten', zo moeten uitzien:
LAST & Co