26 May 2017

Coolsaet, moslims en everzwijnen


Radio- en TV-loos levend ken ik professor Rik Coolsaet slechts via derden.



Deze hoogleraar van de Gentse Universiteit (links, niet te verwarren met professor Kipping, een creatie van Koot & Bie, rechts) wordt blijkbaar vaak opgevoerd als deskundige in internationale problemen, wat zijn vakgebied is. Preciezer gezegd: geworden is. Van vorming is hij Germanist (K.U.L.,1974) en van beroep was hij links activist, o.m. als medestichter van uitgeverij Kritak en cabinetard. Een diplomatieke glansprestatie leverde hij in 1991, toen hij als adjunct-kabinetschef van de Waalse socialist Guy Coëme (nadien veroordeeld voor corruptie en ontzet uit zijn politieke en burgerrechten) ervoor zorgde dat België weigerde munitie te verkopen aan de Britten. Ook van de Vlaamse socialist Willy Claes (nadien veroordeeld voor corruptie en ontzet uit zijn politieke en burgerrechten) was Coolsaet de rechterhand. Kortom, een man met adelbrieven, die niet onopgemerkt kon blijven. In de jaren negentig werd hem een binnenweg naar een academische carrière aangeboden door de toenmalige decaan van de pol-en-soc. Op een recordtijd van twee jaar schreef hij een doctoraat bij elkaar en werd prompt benoemd, in 1997. Een late roeping, zeg dat wel, want Coolsaet was toen al 46. Tot aan zijn pensioen, in 2015, doceerde hij Internationale Betrekkingen aan toekomstige ex-pol-en-soc'ers. (Hier en hier meer over de man.)

Nodeloos te zeggen dat de Vlaamse pers in professor Coolsaet de geknipte persoon vindt om links activisme een academisch vernislaagje te geven. Met de baret van terreurexpert op het hoofd staat hij dus onversaagd op de bres voor het nieuw-linkse troetelkind, de islam, dat ten allen prijze verdedigd moet worden tegen het 'populisme' van arbeiders, kleine gepensioneerden en meer van die 'gewone mensen' die al lang uit het dogmatisch linkse kamp weggelopen zijn.

Deze professor Coolsaet nu ziet het als zijn taak de wereldwijde moslimterreur zoveel mogelijk te minimaliseren. Aan lvb.net (zeer betrouwbaar en goed gedocumenteerd) ontlenen wij de volgende citaten:
Islamitische Staat, [...] dat is toch niet voor ons een bedreiging! Kijk naar de cijfertjes. Hoeveel doden zijn er gevallen door politiegeweld, in de afgelopen 20 jaar, en vergelijk dat met het aantal doden door aanslagen door jihadistische groepen. (13 augustus 2015)
en
Het is misschien een heel domme of dwaze vergelijking, maar de afgelopen tien jaar zijn er meer Belgen omgekomen in een botsing op de autowegen in Wallonië met everzwijnen en herten, dan in terroristische aanslagen. (14 november 2015)
Aldus professor Coolsaet, volgens wie politie en everzwijnen dus dodelijker zijn dan moslims. We laten iedereen zelf oordelen over de morele kwaliteit van deze immorele vergelijking van onvergelijkbare vormen van geweld. Wel zullen wij nagaan of de heel domme/dwaze vergelijking door de feiten gestaafd wordt, zoals men van een professor (zelfs in de pol-en-soc) zou mogen verwachten.


In dit artikel van Le Soir uit 2012 vinden wij de gezochte cijfers voor wildongevallen in de titel samengevat: 10 doden en meer dan 700 gewonden in vijf jaar tijd. In de periode 2005-2015 ('de afgelopen tien jaar') moeten dat er ongeveer 20 geweest zijn. Aan de kant van de moslimterreur tellen wij (afgaande op dit overzicht) ongeveer 10 'Belgische' slachtoffers (6 in Luik 2011, 4 in Brussel 2014, 1 in Tunesië 2015). Een precieze telling is moeilijk doordat we niet altijd weten wat de nationaliteit(en) van de slachtoffers zijn. Dus ja, de afgelopen tien jaar [2005-2015] zijn er meer Belgen omgekomen in een botsing op de autowegen in Wallonië met everzwijnen en herten, dan in terroristische aanslagen. Het vermoeden is gerechtvaardigd dat de geciteerde periode [2005-2015] precies gekozen is om het te doen kloppen. Vervang 'tien' door 'vijf', en het klopt niét meer. Reken maar na: ongeveer 10 door terreur, ongeveer evenveel —maar niet méér— door everzwijnen. En de categorieke professor Coolsaet (ISIS? geen bedreiging voor ons!) kon niet voorzien dat ISIS-gelieerde moslimterreur nauwelijks vier maand later (Zaventem, maart 2016) de balans totaal zou doen omslaan, met 32 dodelijke slachtoffers, het equivalent van 16 jaar herten en everzwijnen. Natuurlijk, de professor beperkte zijn populistische beeldspraak voorzichtigheidshalve tot Belgische slachtoffers, en dat waren er in Zaventem 'maar' 17. Bekijken we vandaag de 'afgelopen tien jaar', dan tellen we voor die periode [2007-2017] dus 27 'Belgische' slachtoffers (10 vóór + 17 ná Zaventem), wat overeenkomt met 13 à 14 jaar wildongelukken. Hiermee is die negationistische prietpraat, ook al was zij in 2015 naar de letter correct, afdoende weerlegd.

Met excuus aan herten en everzwijnen, die onschuldig zijn aan het feit dat zij in hun eigen habitat door zonevreemde voertuigen opgeschept worden.

*
*    *