Pages

21 March 2019

Oneida, theologische commune (1)

Op Amerikaanse bodem hebben twee communes bestaan waarin een zeer onconventionele vorm van groepshuwelijk beoefend werd: de Oneida Community in de 19de eeuw en de Kerista Commune in de 20ste. Beide dreven op een charismatische leider, hebben in de marge succesvolle bedrijven uitgebouwd, en onderhielden een strikte geboortebeperking die uitsluitend de verantwoordelijkheid van de mannen was. Een opvallend verschil is wel het cement van beide communes: in Kerista drugs, in Oneida... godsdienst. Over Kerista zullen we het later hebben, hier bekijken we de Oneida Community.


Oneida Community  

Oneida is een plaatsje in de staat New York, vernoemd naar de plaatselijke Indianenstam. De Oneida Community (voortaan kortweg O.C.) heeft dertig jaar gefunctioneerd, van 1849 tot 1879. De literatuur over O.C. is zeer overvloedig, en ook O.C. zelf verspreidde haar ideeëngoed graag en veelvuldig in druk. Onze verwijzingen verderop zijn naar de bladzijden in respectievelijk

[C] Maren Lockwood Carden, Oneida, Utopian Community to Modern Corporation, Harper & Row, 1971 (geselecteerde bladzijden hier)
[F] Robert S. Fogarty, Desire & Duty at Oneida, Tirzah Miller's Intimate Memoir, Indiana University Press, 2000. (geselecteerde bladzijden hier)

[R] Constance Noyes Robertson, Oneida Community, An Autobiography, 1851-1876, Syracuse University Press, 1970. (geselecteerde bladzijden hier)

*



De stichter, John Humphrey Noyes, was opgeleid als protestants predikant en had zich tot de strekking van de z.g. Perfectionisten bekend. Hij geloofde o.m. dat de wederkomst van Christus al plaatsgevonden had, met name in het jaar 70, en dat de mensen dus al voorgoed van zonde en conventionele wetten verlost waren. Hij verzamelde volgelingen (waaronder moeder, zusters, broers, nichten) die alles in gemeenschap bezaten en die in hun gedisciplineerde vlijt enkele zeer succesrijke ondernemingen tot stand brachten, met name in dierenvallen (boven) en tafelzilver (onder).

 
Wij laten de theologie en de huisvlijt verder voor wat ze waard zijn, en richten onze nieuwsgierigheid naar de merkwaardige seksuele opvattingen van Noyes. Hij was (conventioneel) getrouwd, maar had al heel vroeg het volgende neergeschreven 
Exclusiviteit, jaloezie en geruzie hebben geen plaats in het huwelijksmaal van het Lam. (...) Ik noem een bepaalde vrouw mijn echtgenote. Zij is van u, zij is van Christus, en in Hem is zij de bruid van alle heiligen. Zij is nu in de handen van een vreemdeling en ik, overeenkomstig mijn belofte aan haar, verheug mij daarin. [R7] 
Een theologische visie op de "eindtijd" dus, maar volgens Noyes was die eindtijd al ingegaan! Het merkwaardige gevoel dat hij beschrijft, dat een man vreugde schept in het delen van zijn vrouw met andere mannen, is een eeuw later in de Kerista-commune van een beklijvende benaming voorzien: compersion. Ook O.C. heeft een nieuwe term ingevoerd: vrije liefde. Onder haar basisbeginselen vernoemt O.C. namelijk
  • gemeenschap van bezit in al zijn gedaanten
  • opgeven van alle wereldse gewoonten, in het bijzonder: huwelijk en ongewilde voortplanting
  • beoefenen van vrije liefde. Samenwonen in associatie of complexe families. [R277]



Later heeft O.C. expliciet afstand genomen van de term free love omdat dit begrip in andere kringen een andere—ongeveer de huidige—betekenis gekregen had [R281]. In het O.C.-systeem van "composiet huwelijk" (complex marriage) was elke man met elke vrouw getrouwd. De mannen en de vrouwen sliepen gescheiden, en een man moest zijn seksuele belangstelling aan een bepaalde vrouw doen blijken via een tussenpersoon. De vrouw kon altijd weigeren op de avances in te gaan. Na instemming trok men zich voor een "(sociaal) onderhoud" terug in een speciale ruimte. De richtlijn was dat er weinig of niet gesproken werd. Na afloop van het interview ging men ook weer uiteen, want bijzondere banden tussen een man en een vrouw (special love) waren uit den boze. Wie daarvan verdacht werd, werd onderworpen aan openbare kritiek (mutual criticism was een belangrijk onderdeel van het systeem), en desnoods werden de geliefden gescheiden door een van beiden over te plaatsen.
 
Vrouwen werden aangezet om mannenwerk te doen en hetzelfde te leren als de mannen. Zij deden aan balsport en zwemmen, en onderhielden een koerierdienst met paard en wagen. Zij grepen zelf drastisch in in de vrouwelijke klederdracht en haartooi van toen, hetgeen resulteerde in kort haar en korsetloze "korte" kledij. Van het afgeknipte deel van de rok werden broekspijpen gemaakt, wat een ietwat twijfelachtig ottomaans resultaat opleverde. In elk geval werd duidelijk afstand genomen van de Victoriaanse vrouw als hulpbehoevend wezen, zonder benen, zonder sekuele behoeften, en met het moederschap als levensvervulling.


In O.C. werd moederschap niet erg gewaardeerd. Onder de Algemene Beginselen vinden we als eerste:
Liefde en zorg voor kinderen mag bij de ouders hun liefde als man en vrouw niet in de weg staan of vervangen. [R319]
en het eerste jaarrapport van Oneida begint met:
Als we de seksuele relatie opsplitsen in liefde en voorplanting, dan is de liefdesrelatie het belangrijkste. (...) God heeft de vrouw geschapen omdat Hij zag: Het is niet goed, dat de mens alleen zij (Gen. 2:18), m.a.w. voor sociale doeleinden, niet allereerst voor voortplanting. [R269]
Hier, en in alle teksten van O.C., heeft "sociaal" de betekenis van "seksueel". In verdere citaten plaatsen we het adjectief tussen aanhalingstekens om daarop te wijzen.

Voor de "magnetische en spirituele uitwisseling" tussen man en vrouw zonder voortplanting had Noyes een techniek ontwikkeld die hij "natuurlijk" en "gezond voor beiden" noemde: male continence. [R269] Dat was geslachtsgemeenschap zonder ejaculatie, noch tijdens noch na. Zijn methode was blijkbaar niet zo slecht, want in O.C. waren accidentele zwangerschappen zeldzaam.


Tirzah Miller


In de Kerista-commune sliepen mannen en vrouwen met elkaar volgens een beurtrol, maar in O.C., waar men nochtans geacht werd van alle vrouwen te houden, straalde de ene vrouw al meer "magnetisme" uit dan de andere. De grootste aantrekkingskracht had Tirzah Miller (foto boven), wier dagboek we in de volgende post nader zullen bekijken. Noyes, 32 jaar ouder dan zij, was een broer van haar moeder. In 1869 is O.C. overgegaan op stirpiculture. "Stirps" betekent "(boom)stam", en deze "stamveredeling" was een eugenetica-programma om kinderen te laten voortbrengen door zorgvuldig geselecteerde koppels. Noyes:
Wij zijn tegen de willekeurige voortplanting die onvermijdelijk is in het huwelijk. Maar wij zijn voorstander van verstandige, goed doordachte voortplanting. Wij geloven dat er een tijd zal komen waarin wetenschappelijke selectie even vrijelijk en succesvol zal toegepast worden op menselijke voortplanting als het is voor andere dieren. [R270]
In totaal werden er op die manier 58 "geselecteerde" kinderen voortgebracht, waarvan Noyes er 13 voor zijn rekening nam. De status van Tirzah blijkt hieruit, dat zij de enige vrouw was die in dit kader drie keer gekoppeld werd. De eerste van de drie gelegenheidsechtgenoten was haar oom George, de jongere broer van Noyes, en 21 jaar ouder dan zij. Noyes was er namelijk van overtuigd dat het goede bloed van de uitverkorenen het beste werden overgedragen door "bloedverwante stamverbetering" (consanguineous stirpiculture): kinderen verwekt tussen bloedverwanten, idealiter tussen broer en zus. Noyes:
Door de wereldse notie over incest omver te gooien overwin ik het laatste bolwerk van de duivel. We hebben hem uit het huwelijk verdreven en onze vrijheid gekregen, en nu blijft er nog de laatste citadel van "sociale" valsheid, die de vereniging van broers en zusters verbiedt. Door die hindernis op te trekken maakt de duivel het onmogelijk om ooit een nieuw ras te stichten. Zij moet geslecht worden. [F21]
De relatie tussen broer en zus is de ware wortel van de samenleving. (...) De laatste twee jaar ben ik ertoe gekomen deze leer van "naar huis te gaan" te onderwijzen en toe te passen. In die geest ging ik naar Oneida, en vestigde mij daar in gemeenschap met [mijn zuster] Harriet, en zij was een levensgezellin en echtgenote voor mij. [F20]
Het is ook bijna zeker dat hij seksuele betrekkingen had met zijn natuurlijke dochter Constance. [F20] Hij heeft in elk geval expliciet de bedoeling geuit om een kind te verwekken bij die dochter, en bij de twee dochters van zijn andere zuster, namelijk Tirzah en Helen [F72]. Hij verwekte inderdaad een kind bij Helen, maar het was zijn jongere broer die hetzelfde deed bij Tirzah. Nochtans had hij grote verwachtingen geuit voor zijn kind met Tirzah. "Hij zei," schrijft Tirzah "dat zich met mij verenigen het Noyes-bloed meer zou intensifiëren dan om het even wat hij anders kon doen." [F72] Vreemde psychologische elementen lijken hierin meegespeeld te hebben. Nadat hij met Tirzah gesproken had over hun gepland consanguineous stirpiculture-kind, had hij seks met haar, en toen zij opstonden zei hij: "Daar! Ik heb het niét gedaan." [F115]

Alle kinderen, zowel meegebracht naar O.C. als daar geboren, opzettelijk of accidenteel, werden als gemeenschappelijk bezit beschouwd en in groep opgevoed. Een bijzondere band tussen moeder en kind werd afgekeurd, en moeders werden geacht meer aandacht te geven aan kinderen die niet de hunne waren. Zwangerschap mocht voor de aanstaande vader geen reden zijn om bijzondere aandacht te schenken aan de aanstaande moeder [F71], en tijdens hun zwangerschap hadden vrouwen seks met andere mannen dan de vader (b.v. Tirzah, zesenhalf maand ver [F71]).



Sociale podiumkunsten


Werd moederschap niet geëerd, seks—"de kunst om sociale muziek te maken" [F58]— des te meer. Noyes prees de schoonheid van de geslachtsdaad [C54] en wou de schaamte daarrond doorbreken. De onderstaande foto, gehaald uit Sekstant (maandblad van de NVSH, 1973), illustreert perfect wat Noyes een eeuw eerder in gedachten heeft gehad: seks op de scène voor een geïnteresseerd toekijkend publiek.


Tirzah in haar dagboek en de bijhorende brief:
Gisterenavond sprak J.H.N. er met mij over om geslachtsgemeenschap te laten uitvoeren op de scène. "We zullen nooit de hemel hebben zolang we schaamte niet kunnen overwinnen, en een mooie vertoning kunnen geven op de scène". [F60]
Hij schetste een heel programma voor het optreden. Hij zou een man en een vrouw, zomaar vanuit het publiek, op de scène laten komen waar een bed zou klaarstaan, zij zouden zich uitkleden en dansen of andere bewegingen uitvoeren tot de man opgewonden was, met de vrouw zeer flirterig. Dat zicht, zei hij, zou de hele gemeenschap zuiveren. Het zou een groot aantal oudere mensen, die er nu niet meer bij betrokken zijn, veel genot bezorgen. Er is geen enkele reden waarom het niet in het publiek zou gebeuren zoals musiceren of dansen. Het is de kern van alle kunsten, en zingen, musiceren en dansen hebben alleen waarde omdat zij eromheen bewegen en er charme aan toevoegen. Als de Shakers ons nog eens met hun gespring lastigvallen kunnen wij zeggen “Ja, broeder, wij ook!” Nu dat voortplanting zo’n aandacht krijgt in de Gemeenschap waarom zouden kinderen niet verwekt worden op zo’n publieke manier? John Lord en Gloria Sears zouden het kunnen doen. [F22]
Voor wie zou denken dat het niet serieus bedoeld was: Noyes had geen enkele zin voor humor. De ontvanger van de brief antwoordde trouwens: "Een scène zoals jij beschrijft zou de logica van ons geloof vertolken." [F24]

Hieruit blijkt eens te meer dat in O.C. de seksuele emancipatie buitengewoon was, en dat in de Victoriaanse context van toen! In O.C. moest seks genot opleveren voor mannen én vrouwen, en vrouwelijke orgasmes werden bevorderd door de langdurige "sociale" sessies met (wisselende) mannen die erop geoefend waren ejaculatie te vermijden [C58]. Er blijkt in O.C. zelfs een geprefereerde seksuele positie te hebben bestaan die in niets gelijkt op het standje (hier toegelicht) dat christelijke zendelingen tot de risée van de Pacific had gemaakt! (Uitleg hier; de primaire tekst—Robert Latou Dickinson, Interview with Mr. and Mrs. George W. Noyes, 1927— is voorlopig niet beschikbaar wegens verhuis van het Kinsey Institute.)

In O.C. bestond een hele rangorde volgens theologische perfectie, met helemaal bovenaan de godsgezant Noyes zelf gevolgd door zijn naaste familieleden. Seks met een "verder gevorderd" lid werd aanbevolen, omdat dit de lager geplaatste dichter bij de perfectie bracht (ascending fellowship). Het resultaat was, dat jonge mannen "opgeleid" werden door oudere vrouwen, en jonge meisjes door oudere mannen. Seks tussen jonge leeftijdgenoten onderling was uit den boze. Noyes stond helemaal bovenaan inzake seksuele keuzemogelijkheden, en hij nam ook persoonlijk de "verantwoordelijkheid" op zich om "eerste echtgenoot" te zijn van de jongste meisjes. Daarbij ging hij niet op de leeftijd af, maar op "evidente blijken van gevoelsmatige en lichamelijke maturiteit" [F43]. De doorsneeleeftijd blijkt iets van 13 geweest te zijn, maar er zijn aanwijzingen dat er ook novices van 10 geweest zijn. [C100] 

O.C. heeft opgehouden te bestaan in 1879, met ongeveer 300 leden. Het godsdienstig cement was toen al enige tijd zijn bindkracht verloren. Noyes was uitgeweken naar Canada omdat er legale actie dreigde wegens overspel en wat we nu 'pedofilie' zouden noemen. De actie ging overigens uit van conventioneel-christelijke kringen, niet van de betrokkenen. Geen enkele vrouw heeft zich ooit van Noyes gedistantieerd.

Hij heeft zijn gedachten, mooi geordend en theologisch onderbouwd, uiteengezet als onderdeel van zijn History of American Socialisms. Het revelante hoofdstuk The Oneida Community staat hier.

*
(wordt vervolgd)

10 March 2019

Singapore 5 — Rassen en talen

De 4 rassen

Op Singaporese identiteitskaarten staat naast de gebruikelijke informatie ook het "ras" vermeld, namelijk "Chinese", "Indian", "Malay" of "Other". Het systeem heet om die reden het CIMO-stelsel.


Bij recente volkstellingen werd daarbij de volgende officiële toelichting verstrekt, die we overnemen uit dit leerzame artikel uit 2011.
Ethnic group refers to a person’s race. The population is classified into the following four categories:

  • Chinese: of Chinese origin; 
  • Malays: of Malay or Indonesian origin; 
  • Indians: of Indian, Pakistani, Bangladeshi or Sri Lankan origin;
  • Other Ethnic Groups: all persons other than Chinese, Malays and Indians. They include Eurasians, Caucasians, Arabs, Japanese, etc.
 "Ras" blijkt dus een synoniem te zijn van "etnische herkomst". Onze "Eurasian" kleindochters, met een Europese vader en een Singaporese moeder van "Chinees" ras, vallen dus onder "Other". In 2011 is het systeem verfijnd. Voor kinderen van gemengd ras, vader ras V en moeder ras M, kan het ras nu op een van de volgende manieren aangegeven worden: V (vroeger het enige toegelaten), M, V-M of M-V. Ik begrijp dat de ouders onder elkaar moeten uitmaken wat het wordt—niet helemaal wat men van het regeldriftige Singapore zou verwachten.

De opdeling per ras heeft in Singapore zeer voelbare gevolgen, want de overheid zorgt ervoor dat appartementsblokken en wijken een mix van rassen vertonen die ongeveer overeenkomt met die van de natie als geheel. De toewijzing blijft, onafhankelijk van de opeenvolgende eigenaars. Een Singaporese "Chinees" die zijn appartement verkoopt kan dat dus alleen aan een andere "Chinees", waardoor hij niet alle potentiële kopers kan aanspreken en zijn prijs dus ongunstig beïnvloed wordt! Het vooropgestelde doel is, te verhinderen dat ethnische ghetto's gevormd worden. Op het internet vindt men het (niet-officieel) als volgt verwoord. Molenbeek voert de wereldlijst aan van de voorbeelden hoe het niet moet.






De 4 talen



Singapore heeft 1 nationale taal: het Maleis (Malay), de taal van het grote buurland Maleisië. De nationale leuze is Maleis, het nationaal lied is in het Maleis en in het leger wordt de drill in het Maleis gegeven — Pour les Chinois, la même chose. De overgrote meerderheid van de Singaporezen begrijpt die taal niet. De meeste Singaporezen kunnen het nationaal lied niet uitzingen, en zelfs zij die het wel kunnen begrijpen de tekst niet. Het is overigens strafbaar het nationaal lied uit te voeren in een niet-officiële versie, b.v. in vertaling.

Singapore heeft 4 officiële talen: Engels, Mandarijns, Maleis en Tamil. Alle officiële mededelingen aan het publiek, bijvoorbeeld in de metro, zijn in die 4 talen.



Maleis mag dan de ceremoniële taal zijn, het Engels is de Lingua Franca in Singapore. De rechtspraak is in het Engels, met vertalers voor wie de taal niet of onvoldoende machtig is. De voertaal in het leger is het Engels. Het staatsblad verschijnt uitsluitend in het Engels, onder het wapen van Singapore met zijn Maleise leuze.


Tweetaligheid van de burgers is de officiële politiek van het land. Vanaf de lagere school leert iedereen Engels als eerste taal en als tweede taal zijn mother-tongue. Dat is niet wat de naam suggereert, maar de officiële taal van zijn officieel ras. Heeft men twee rassen op zijn identiteitskaart staan, stel A-B, dan geeft het eerste ras, A, de doorslag. Uit deze officiële info heb ik begrepen dat kinderen van ras "Other" moeten kiezen uit Mandarijns, Maleis of Tamil. Onze "Other"-kleinkinderen volgen inderdaad Mandarijns, hoewel zij thuis alleen sporadisch Chinees horen, namelijk van hun Taiwanese grootmoeder. Voor de meeste Singaporezen van Chinese herkomst is Mandarijns een vreemde taal, omdat hun eigen moedertaal een van de andere Chinese talen is. Tamil is voor vele "Indiërs" eveneens vreemd, maar niet-Tamil Indiërs kunnen kiezen uit 5 andere "Indische" talen (info eveneens hier). 

Engels wint jaar na jaar veld als gezinstaal. Men moet zich hierbij geen Oxford English voorstellen. Het lokale pidgin heet Singlish. Zelfs als de woordenschat correct is, dan nog vraagt het enige gewenning alvorens men tot dialoog kan overgaan. Een onbegrijpelijk gesprek over de "bus" in de tuin werd pas opgehelderd toen uit de context bleek dat het om "birds" ging.  En het duurde ook een tijdje alvorens ik in "kaafoe" de Carrefour had herkend.

Carrefour heeft overigens zijn twee vestigingen in Singapore in 2012 gesloten. Nu, Crazy Horse heeft het maar een jaar uitgehouden en ging al dicht in 2007.



 

08 March 2019

Singapore (4) — Rellen

In het onafhankelijke Singapore zijn rellen even uitzonderlijk als stakingen, maar recenter dan men zou denken. De jongste staking (de eerste na 26 jaar) dateert van 2012, de jongste rellen (de eerste na 44 jaar) van 2013. In beide gevallen ging het niet om Singaporezen, maar om gastarbeiders: Chinezen voor de staking, Indiërs voor de rellen. De Singaporese economie draait immers voor een groot deel op gastarbeiders, die met tijdelijke contracten en dito verblijfsvergunningen geïmporteerd worden.

In de avonduren van 8 december 2012 werd in het stadsdeel Little India een Indische man doodgereden door een bus, zonder dat de chauffeur enige schuld trof. Hierop barstten rellen los die twee uur duurden en waaraan enkele honderden Indische gastarbeiders deelnamen. De uiteindelijke balans was: 54 politiemensen en 8 burgers gewond, 5 voertuigen van politie- en hulpdiensten in brand gestoken en 24 op andere manieren beschadigd. Ook ziekenwagens werden aangevallen en in brand gestoken— immorele acties die haaks staan op de burgerzin die in Singapore de regel is, althans bij de eigen burgers.  




 
 

De gebeurtenissen zijn goed gedocumenteerd, op het internet volstaan de zoektermen "Little India", gecombineerd met "riot" en/of "2013". (B.v. hier, hier en op Youtube hier.)

Alle betrokkenen bleken Indiërs te zijn: staatsburgers van India, geen Singaporezen van Indische afkomst. Vijfentwintig werden veroordeeld tot straffen die lopen van 15 maand cel tot 33 maand + 3 stokslagen. We moeten aannemen dat zij, na hun straf, het land werden uitgezet zoals de 57 anderen die naar hun land van herkomst gedeporteerd werden. Daarnaast kwamen 231 er met een bolwassing vanaf.

De camerabewaking in de wijk werd verscherpt, en het alcoholgebruik beperkt. Er werden ook maatregelen genomen om de "leeglopende" gastarbeiders meer vertier te bezorgen. In Singapore leert men doorgaans van zijn fouten. Dat is helaas niet overal het geval.

02 March 2019

Recente en minder recente abortuswetten

De wetten

Ik geloof niet in goden, en beschouw het leven dus niet als een geschenk uit de hemel, dat men dankbaar moet aanvaarden en lijdzaam uitzitten. In 1980, toen in Gent het eerste abortuscentrum van Vlaanderen opgericht werd, hebben wij (M/V) een bescheiden bedrag gestort ter ondersteuning.


Ik sta nog altijd achter de slogans "Baas In Eigen Buik" en "De Vrouw Beslist". "Geen zin om zwanger te zijn", "geen zin om te bevallen" of "een hekel aan kinderen" vind ik volkomen geldige redenen.

Op Facebook heb ik "vrienden" van allerlei slag, met wie ik het, afhankelijk van het onderwerp, in uiteenlopende mate eens of oneens ben. Daar zitten ook mensen bij aan wier verontwaardiging ik merk dat er op abortusvlak iets gebeurd lijkt te zijn. Bij nader toezien blijkt dat de staat New York recentelijk heeft gelegaliseerd wat een van mijn FB-vrienden "infanticide" noemt. U kunt de wettekst van 20 januari 2019, onder de hoofding

Article 25-A
Reproductive Health Act

hier zelf nalezen. Er staat o.m.
Every individual who becomes pregnant has the fundamental right to choose to carry the pregnancy to term, to give birth to a child, or to have an abortion, pursuant to this article.
en voorts dat abortus is toegestaan in de volgende omstandigheden: 
the patient is within twenty-four weeks from the commencement of pregnancy, or there is an absence of fetal viability, or the abortion is necessary to protect the patient's life or health.
Het eerste citaat is niets anders dan ons "baas in eigen buik" en het tweede geeft zonder meer recht op abortus in de eerste 24 weken. In België is het maar 12 weken, en met enige poespas, niet "zonder meer". Maar de recente verontwaardiging van onze moraalridders blijkt vooral te slaan op abortus in een latere fase van de zwangerschap, o.m. op grond van de gezondheid—niet louter het leven—van de moeder. Ja, en? Men denkt met afschuw terug aan de ronduit criminele theologische opvatting dat het leven van de foetus voorrang heeft op het leven van de moeder. Ik was daarover al verontwaardigd toen ik die immorele perversie voor het eerst hoorde verkondigen in de godsdienstles! Een foetus is, als alles meevalt, een volwaardig mens in potentie, zoals elk van ons een lijk in potentie is, maar zolang die toestand niet bereikt is moet men die status niet toepassen. In het eerste geval is de menselijke persoon er nog niet, en in het laatste geval niet meer. Wat de kerkvaders daar verder over denken is even relevant als hun mening over erfzonde, maagdelijke geboorten, transsubstantiatie of de goddelijke 1=3.



Houdt u de evolutie in New York voor westerse decadentie en/of een louche linkse zet? Lees hier dan de

Termination of Pregnancy Act

die sedert 1974 van kracht is in het allesbehalve linkse, en zelfs uitgesproken preutse Singapore. Alles van 'New York 2019' staat er al in! Zoals
no person shall be guilty of an offence under the law relating to abortion when a pregnancy is terminated by an authorised medical practitioner acting on the request of a pregnant woman and with her written consent.
en 
No treatment for the termination of pregnancy shall be carried out (...) if the pregnancy is of more than 24 weeks duration unless the treatment is immediately necessary to save the life or to prevent grave permanent injury to the physical or mental health of the pregnant woman;  
In Singapore was abortus, met meer ingebouwde beperkingen, al legaal geworden in 1970. (Lees het na in Legalized Abortion: The Singapore Experience, 1985.) Dat is na de wetswijzigingen in Zweden (1938!), Noorwegen (1964) en Groot-Britannië (1968), maar vóór Frankrijk (1975, wet Veil), West-Duitsland (1976), Italië (1978) en Nederland (1980). (In Nederland werkten abortusklinieken wel al sedert 1971.)

Simone Veil, 26 november 1974, in de Assemblée Nationale.
(Hier te bekijken en te beluisteren.)
Ik heb bij die gelegenheid ook eens nagekeken wat er recentelijk aan de Belgische abortuswetgeving van 1990 veranderd is. Ook daarover had ik op Facebook wel oprispingen opgevangen. De nieuwe wet van 15 oktober 2018 kan men hier nalezen in het Belgisch Staatsblad. Dat abortus geschrapt is uit het strafwetboek is wel louter symbolisch, maar toch mooi meegenomen. Een dokter heeft nog altijd het recht om zelf geen abortus uit te voeren, maar hij moet nu wel meewerken door voor doorverwijzing te zorgen. Dat de militante anti-abortusactivist Boudewijn I dat niet meer heeft mogen meemaken! Misschien zou hij vandaag verplicht zijn de wet door te sturen aan een collega die wél de democratische wetten van zijn volk wil tekenen. De nieuwe wet is overigens braafjes ondertekend door de genaamde "Filip", zoon van de notoire vaderschaps-ontwijker. Waar is de tijd dat de voltallige regering tekende "in naam van het Belgische volk"? Het leek zowaar, gedurende enkele uren, op een democratie!

Mocht u zich afvragen of abortus nu veel of weinig voorkomt, het aandeel van de zwangerschappen die met abortus beëindigd worden is: New York 25% (dalend), Singapore 15% (dalend), België 14% (stijgend).


De beeldvorming

Het internet is verdeeld tussen Pro-Life en Pro-Choice activisten. De eersten hebben het gemakkelijker omdat ze veel meer grafische troeven kunnen uitspelen. Lekker afgrijselijke plaatjes, van het soort dat zou verzameld worden door een anti-amputatie activist. Wie weet, misschien zijn er wel mensen die vinden dat Jehova zich ergert aan het amputeren van wat Hij tot stand heeft gebracht! In 2014 heeft het Pro-Choice kamp nochtans een wereldhit gescoord met Emily's Abortion, met de fotogenieke abortion counseler Emily Letts in de hoofdrol.


Leuke ervaring, zo te zien, van het type "ik kan het iedereen aanraden". U hebt het fimpje ondertussen al bekeken, en gemerkt dat er van de eigenlijke abortus niets te zien is. Er is alle reden om te geloven dat er van een echte zwangerschap en een echte abortus niet eens sprake is. Emily Letts is een actrice waarvan IMDB drie films noemt, uit 2012, 2013 en 2017. Haar abortusfilmpje dateert van 2014 en duurt exact 3 minuten. Dat was ook de vereiste om mee te kunnen doen met de Abortion Stigma-Busting Video Competition uitgeschreven door Abortion Care Network. 

Voor nuttiger informatie kunnen we terecht in de Reproductive Health Library van de WHO. De medische documentaire Termination of pregnancy with the manual vacuum aspirator toont in detail het verloop van een abortus bij een zwarte vrouw in het universitair ziekenhuis van Stellenbosch. De video dateert van 1999, twee jaar nadat abortus in Zuid-Afrika geliberaliseerd was.



UPDATE 20.02.2020. In België blijkt gedacht te worden over een aanpassing aan de abortuswetgeving. Met name zou de grens opgetrokken worden tot 24 weken. In Nederland, waar dit al de wetgeving is, geeft de overheid de volgende toelichting (hier):
Abortus mag tot de vrucht buiten uw lichaam zou kunnen overleven. Die grens ligt voor het strafrecht bij 24 weken. Artsen houden in de praktijk 22 weken aan als grens.
Dit lijkt mij een perfect redelijk argument. Ook in rekening te brengen is, dat men in de 20ste week van de zwangerschap routinematig een echografie uitvoert, die afwijkingen aan het licht kan brengen.






01 March 2019

Singapore (3) — Stakingen

In 1965, bij de opgedrongen onafhankelijkheid, had de regering verklaard: de excessen van onverantwoordelijke vakbonden zijn een luxe die we ons niet langer kunnen veroorloven (Turnbull 306) en 1969 was het eerste jaar zonder enige staking. Vanaf die tijd worden lonen en andere voordelen in een nationale raad onderhandeld, met als principe dat loonsverhogingen de weerspiegeling moeten zijn van verhoogde vaardigheden of verhoogde productiviteit (Turnbull 309). Anders dan in Europa lijkt men er niet van uit te gaan dat hogere winst van het bedrijf een voldoende reden tot loonsverhoging is.
 
In Singapore is staken toegestaan binnen welbepaalde regels. De wettelijke beschikkingen worden ons door de overheid hier, onder Temporary Provisions van de Criminal Law, verstrekt. Het is typisch dat het om een uitzonderingswetgeving gaat die uit 1955 dateert, maar die voortdurend verlengd is, alvast tot 2024.

In de diensten voor water, gas en elektriciteit mag gewoon niet gestaakt worden. Voor ongeveer alle andere bedrijfstakken (hier de lange lijst) mag enkel gestaakt mag worden mits een aanzegging van 14 dagen. De logica hierachter is natuurlijk, dat de potentiële slachtoffers van de staking hun voorzorgen moeten kunnen nemen, hetgeen vooral begrijpelijk is in de context van de noodtoestand waarvoor deze wetgeving oorspronkelijk bedoeld was.

Voor alle duidelijkheid wordt 'staken' ook nog expliciet gedefinieerd als: het werk neerleggen. Criminele acties zoals wegversperringen, brandstichting, vernielingen, fysiek geweld, nemen van gijzelaars e.d., die men in Europa bij stakingen voor 'normaal' houdt en onbestraft laat, zouden in Singapore uiteraard bestraft worden. Het is de Europese praktijk van 'twee maten en twee gewichten', 1 voor gewone burgers en 1 voor vakbondsleden, die pervers is.

De laatste wettige staking in Singapore is de tweedaagse staking in 1986 bij het Amerikaanse bedrijf Hydrill. De laatste onwettige staking dateert uit 2012. Omwille van personeelsgebrek had de busmaatschappij  SMRT Chinese gastarbeiders in dienst genomen (geen Singaporezen van Chinese komaf, maar staatsburgers van de Volksrepubliek China), en die legden spontaan het werk neer uit onvrede over hun loon en hun spartaanse huisvesting. De staking, waaraan maar een fractie van het personeel deelnam, duurde twee dagen en had een invloed op ongeveer 10% van de dienstverlening. Incidenten waren er niet. (Hieronder de meest rumoerige foto die ik kon vinden.)


In België zou zo'n beperkte staking waarschijnlijk niet eens het nieuws halen, maar in Singapore is een 'spontane staking' een contractbreuk die niet zonder gevolgen blijft. Met de stakers liep het als volgt af: de 5 aanstokers werden veroordeeld tot zes en zeven weken cel; 29 actieve stakers verloren hun werkvergunning en waren, nog geen week na de staking, al gerepatrieerd naar China; 150 meelopers kregen een waarschuwing en mochten hun werk hernemen. De rechter tilde bijzonder zwaar aan de hinder die bij de pendelaars veroorzaakt was. De Chinezen voerden aan dat zij niet wisten dat ze iets illegaals deden. Ook in het bestuur schijnt er een ontslag gevallen zijn, omdat het niet "zover" gekomen zou zijn als de man voldoende alert was geweest. Het hele verhaal staat hier te lezen bij de National Library Board van Singapore. Het wordt op vele plaatsen identiek gereproduceerd, en dat stemt mij altijd wat achterdochtig. Ik heb op de genoemde site de volgende vragen gesteld:


De dag nadien kreeg ik een antwoord, met een doorverwijzing waaruit bleek dat de aanstokers na hun celstraf eveneens naar China waren teruggekeerd. Vragen 2 en 3 bleven onbeantwoord.

De directie heeft op de staking overigens gereageerd met toelichting over het aangeklaagde loonverschil, met een financieel gebaar van goodwill en met verbetering van de huisvesting. Zoals bij de laatste wettige staking was er ook dit keer overleg en tegemoetkoming. De langdurige en standvastige sociale vrede in Singapore berust dus niet uitsluitend op repressie!